Openbaringen 22
1
Hij liet me een
rivier zien met
water dat leven geeft. De rivier was helder als kristal en ontsprong aan de
troon van
God en van het
lam.
2
In het midden van het plein van de
stad en aan weerskanten van de rivier stond een
levensboom, die twaalf vruchten gaf, elke maand zijn eigen vrucht. De bladeren van de boom brachten de
volken genezing.
3
Er zal niets meer zijn waarop nog een vloek rust. De troon van God en van het lam zal daar in de stad staan. Zijn
dienaren zullen hem vereren
4
en hem met eigen ogen zien, en zijn
naam staat op hun voorhoofd.
5
Het zal er geen nacht meer zijn en het licht van een lamp of het licht van de
zon hebben ze niet nodig, want God, de Heer, zal hun licht zijn. En zij zullen als
koningen heersen tot in eeuwigheid.