Openbaringen 10
8
Toen hoorde ik opnieuw die
stem uit de
hemel. Hij zei tegen me: ‘Haal de geopende
boekrol die de
engel die op de
zee en het
land staat in zijn hand heeft.’
9
Ik ging naar de engel toe en vroeg om het boekje. Hij reikte het mij aan en zei: ‘Eet het op. Het zal branden in je maag, maar in je mond zo zoet zijn als honing.’
10
Ik pakte het boekje aan en at het op. Het smaakte zoet als honing, maar nadat ik het opgegeten had, brandde het in mijn maag.
11
Toen kreeg ik te horen: ‘Je moet opnieuw over talrijke
landen en volken en
koningen (en
talen)
profeteren.’